Cuba, de West. Een fietsvakantie december 2008.
Vooraf. Na een mooie fietsvakantie in Azië gaan we nu naar de Cariben, voor velen misschien een vreemd land: Cuba. Cuba is grofweg in drie delen te verdelen. De Oriënt in het oosten, het midden met Havana en Trinidad en het westen. Wij gaan eerst naar het westen en maken daarna nog een rondje door het midden. Met een voor ons onbekende reisorganisatie, maar hetzelfde concept als AWOL, een nieuw avontuur.
4 december.
Ruim voor vertrek heeft Henk ons naar Schiphol gebracht en met wat gemanoeuvreer door de draaideur zijn we bij de Martinair balie waar we probleemloos inchecken. We vertrekken op tijd om 13.00uur en als we 11uur later landen bij Havanna is het alweer bijna donker. We zijn snel langs de douane, maar het wachten op fietsen duurt erg lang. Het blijkt dat ze niet door de scanner kunnen. Buiten worden we al opgewacht. Om de dozen in het busje te krijgen is nog een hele puzzel. Eigenlijk past het niet. We zijn blij dat alles vooraf geregeld is. Ons hotel blijkt te worden gerestaureerd en kunnen daar dus niet terecht. Nadat de chauffeur wat heen en weer belt worden we naar het Inglaterra hotel. Van budget naar superluxe. Het hotel straalt de grandeur uit en wordt in alle reisgidsen beschreven. Fiets voor fiets in de lift en over grote, brede gangen naar onze zeer ruime kamer waarin we bijna verdwalen. Tijd voor een nadere kennismaking met Cuba op het terras van het hotel. Onder een lange galerij vinden we een tafeltje. Laat de eerste Mojito maar doorkomen. Dit gaat vergezeld met het eerste Cubaanse bandje. Rond een uur of 10 gaat het licht bij ons wel uit na een lange dag.
5 december.
Aan sinterklaas en de kerst doen ze hier niet. In een grote hoge ruimte met veel tegelwerk en gietijzer krijgen we een ontbijt met pancake ’s en (schoongemaakt)fruit. Het is inmiddels tijd om de fietsen maar eens in elkaar te zetten, terwijl Gerda maar eens op straat gaat kijken. Omdat we aan het eind van de reis ook nog in Havanna komen, blijven we vandaag verder “in de buurt” van het hotel waar ook genoeg te zien is. Op straat het beeld dat we van de TV kennen, de oude auto’s maar ook paard en wagen. Ooit kleurige huizen die aan het vervallen zijn, koloniale huizen en prachtige gebouwen. Het eerste gebouw dat we binnen gaan is het Capitool. Een groot gebouw met een grote ronde hal als entree met gangen en grote mooie zalen. Helaas mogen we niet naar de bovenliggende verdiepingen. Naast het Capitool ligt het Gran Teatro de La Habana. Dit oude theater straalt nog steeds de rijkdom van het verleden, roodfluwelen stoelen in halfronde rijen en meerdere etages met plaats voor 2000 personen. Vervolgens gaan we naar de Cathedral de San Cristobal, herkenbaar aan de twee verschillende torens gelegen aan een mooi plein. We dwalen door een aantal leuke straten als plaza de Armas, plaza Vieja en Calle Mercedes. Tenslotte belanden we nog bij sigarenfabriek Partegas waar we een rondleiding volgen. In een aantal zalen zitten mannen en vrouwen handmatig sigaren te rollen. ’s Avonds eten we lekkere vis met bruine bonensoep onder het genot van livemuziek.
6 december.
Vandaag de eerste fietsdag. De fietsdozen worden opgeslagen en halen we later weer op. Voor deze dag staat er 80km op het programma richting Las Terrazas. De eerste 25km is niet moeilijk en gaat langs de kust. Zo komen we bij Marina Hemingway, een super de luxe plezierhaven met jachten van de superrijksten der aarde. We volgen de kust nog een paar km en komen nu langs wat vissershaven en eenvoudige eetstalletjes. Bij La Boca verlaten we de kust. De weg begint wat te stijgen. Het landschap bestaat uit suikerriet- en bananenplantages. Opeens moeten we de autostrada op voor 4km en komen we op de Carretta central waar vele kleine dorpjes aan liggen en zien we de nationale boom van Cuba, de koningspalm. Twee km voor Las Terrazas komen we bij onze eerste casa particulares op advies van een parkwachter, ongetwijfeld familie van. Villa Duque is een prima onderkomen van een aardige gastvrije familie. De rondlopende varkens en kippen zullen we de komende weken vaker zien. Als alle casa particulares zo zijn wordt het een uitstekende vakantie.
7 december.
Na een goed ontbijt vertrekken we naar het nationale park Las Terrazes. Het is maar goed dat we gisteren niet zijn doorgereden naar de stad. Deze is aardig toeristisch. Het is een prachtige omgeving met vele terrassen, palmenbomen een stevige klim, iets te stijl want we moeten een klein stukje lopen. Halverwege komen we in Soroa. Dit is een toeristische plek, maar door een storm is er van de hooggelegen orchideeën tuin weinig over en is het nu erg stil. Na nog een pittige klim volgt een lange afdaling naar Candelaria. Bij een bakker bestellen we broodjes die nog gebakken moeten worden. Bij de ijssalon is het erg druk, waarschijnlijk omdat het zondag is. We vervolgen onze rit en komen in San Diego de los banos. De Casa is snel gevonden. Echter de kamer is al verhuurd. Na ampel beraad mogen we toch blijven overnachten, de eigenaars gaan bij de kinderen in bed en wij mogen het ouderlijk bed. Dit is Cuba. Naast de Casa ligt een veldje waar een honkbalwedstrijd wordt gespeeld en aardig wat toeschouwers. Als een van de spelers ziet dat we foto’s maken, wil hij ze ook even zien en zo ziet hij dat ze terecht een speler “uit” gegeven hebben. We lopen nog wat door de stad, veel vergane glorie. Een hotel dat ooit sjiek en duur moet zijn geweest staat er bouwvallig bij en het personeel interesseert het niets. Het is opvallend hoe goed de bevolking Engels spreekt en opgeleid is, maar wel met emmers water lopen te sjouwen omdat er water schaarse is. Terug in de Casa is het aardig druk, de eigenaresse is jarig, maar wij kunnen gewoon aanschuiven. Tussen alle drukte door heeft ze ook nog tijd om voor ons te koken.
8 december.
Om 7.30 ontbijt met veel lekkers. De eigenaresse is opgelucht als de andere gasten zijn vertrokken. Wij waren toch illegaal in huis, ook dat is Cuba. Vandaag gaan we naar Pinar, een korte route van 53km bijna alleen maar dalend. Het landschap verandert, we zien wat citrus plantages en ook de eerste tabaksplantages verschijnen aan de horizon. Pinar is een wat arm dorp en dat is goed te zien. Er koken weinig toeristen want die gaan door naar Vinales. In een armoedige straat vinden we een casa. Een prima woning met zelfs een patio, zeer bijzonder. We dineren en ontbijten bij de familie (daar verdienen ze het meeste aan, want het grootste deel van de verhuuropbrengst is voor Fidel). Het stadje heeft een sigarenfabriek en een distilleerderij. Beiden bezoeken we. Hoewel arm, is het toch wel weer een leuk stadje.
9 december.
Alweer om 7.30 ontbijt. Het einddoel vandaag is Sandino, 62 km heuvelafwaarts en wind in de rug. Wat wil je nog meer. Bij een panaderia stoppen we voor koekjes, maar helaas die waren inmiddels op. Wel waren er nog verse broodjes. Die kregen we voor niets! Bij Sandino besluiten we nog 20km door te fietsen. De wind is inmiddels 180graden gedraaid. Bij motel Mercedes stoppen we. Ook hier een hartelijk ontvangst. Mercedes is trouwens een casa particulares. Morgen nog 40km en dan zijn we aan het strand.
10 december.
Na een prima ontbijt vertrekken we naar Maria La Gorda (Maria de dikke). Het begin is eentonig door mangrovebossen. Wel zien we een rode kreeft de weg oversteken. De laatste 15km gaan langs een blauwe zee met koraalstrand. Geen mens of auto komen we tegen. Maria La Gorda is een echt vakantiepark. We krijgen een kamer met sea view op de begane grond vanwege de fietsen die op de kamer moeten. We zitten inmiddels op de meest westelijke punt van Cuba. We hebben nog de hele middag nog voor de boeg. Eerst even lekker zwemmen in een lauwe zee. Om drie uur gaan we onder begeleiding duiken. Het is net een aquarium met ontelbare vissen. Prachtige scholen met onder andere donkerblauwe vissen. Mooie anemonen en grote paarse bladeren. We verheugen ons al op morgen als we weer gaan duiken.
11 december.
Helaas, veel wind en regen op komst. De boot waarmee we zouden gaan duiken vaart vanwege het weer niet. Bij de bar lezen we wat en drinken we koffie die goed smaakt. Tussen de buien door maken we wat foto’s. Om 14.00 gaat er een bus naar Havanna en onderweg kunnen we uitstappen. Het is wat gepuzzel om de fietsen om de fietsen in de bus te krijgen. Maar het lukt. In Isabel Rubio stappen we uit. Het onderkomen bij Casa Dona Carmen is snel gevonden.
12 december.
De rit gaat vandaag naar Vinales. Voor familie van de eigenaresse in Vinales moeten we wat medicamenten en visitekaartjes meenemen. Het wordt een prachtige rit, groen heuvelachtige, afwisselend en weinig verkeer. In Vinales worden we al opgewacht. We blijven 2 nachten in het dorp. Na ons omgekleed te hebben gaan we het dorp verkennen. Op een terrasje met een mojito luisteren we naar livemuziek, wat een lekker land toch. ‘s Avonds lekker gegeten en tenslotte naar het culturele centrum. Het is vrijdagavond en dus wordt er volop muziek gemaakt en gedanst.
13 december.
Een dagje Vinales en omgeving. We fietsen een ommetje in de mooie vallei van Vinales. Als eerste zien we 120 meter lange muurschildering uit 1961 bij het dorp Mural de la Prehistoria. We wandelen de berg op naar een oude leefgemeenschap los Aquaticos. We zullen wel iets missen, maar we zien niets bijzonders. Wel een leuke wandeling. Dan gaan we verder door de vallei naar Cueva Indigo. De plek is mooi, maar de grot is een grote toeristische attractie. We genieten nog even van het uitzicht over de vallei bij Ermita en dan is het tijd voor een mohito. Vanavond gaan we uit eten in het oudste huis van het stadje bij Casa de Thomas.
14 december.
Volgens de reisbeschrijving staat er nu een tocht van een klein 100km op het programma. Wij doen het net even anders. We gaan eerst nog een stuk door de vallei, mooi afwisselend en rustig. Wel wordt het steeds minder begroeid. Na een 60km komen we bij Vila Jose Otano Pimetel in Playa La Mulata. Een landelijk gelegen casa. Op de waranda in een luie schommelstoel hebben we uitzicht over weilanden met koeien. Zien we paard en wagens en fietsers. Wat hebben we het slecht.
15 december.
Halen we Baracoa? Een vroeg ontbijt, 7.00uur en een half uur later zitten we op de fiets. We rijden tijdens de zonsopkomst door een nevelig landschap. Bij Mariel komen we weer op de route die we ook heen hadden. Bij een “cafetaria” waar we op de heenweg onze eerste pesos kregen, eten we een broodje “kroket”. Dit hebben we nodig want er komt nu een saaie rechte weg van 20km en recht tegen de wind in. Gerda gaat maar achter mij uit de wind rijden. Bij Baracoa wordt het even zoeken. Over de “boulevard” zoekend naar de Casa. Helaas hij is al vol maar volgens goed Cubaans gebruik is er altijd wel een familielid die ook een Casa hebben. Er wordt gebeld en even later worden we opgehaald. Onze fietsen komen in de huiskamer te staan en wij krijgen een kamer in het huis ernaast met uitzicht op zee en veel wind. De meeste huizen in Baracoa waren vroeger de zomerhuizen van de rijken uit Havanna, maar nu in verval. We doen nog een “ rondje” boulevard. Een fles rum kopen is hier eenvoudiger dan een fles water. Ook komen we niet verder dan een mojito uit een pakje in een park.
16 december.
Vandaag wordt het puzzelen. We moeten door Havanna heen en we moeten op de nieuwe route (Cuba centraal) zien te komen. Het begin gaat over dezelfde weg als heen, dus langs de het statige Hemingway Marina en andere strandachtig vermaak. De tunnel waar we over moeten kunnen we echter niet vinden. Uiteindelijk komen we aan de andere kant van de haven en zien we Havanna van een andere kant. De Via Blanca vinden we uiteindelijk, maar de aansluiting met de nieuwe route is lastig. De Via Blanca is een soort snelweg, maar doet op delen ook dienst als fietspad! We blijven vaker op de kleinere weggetjes die parallel aan de snelweg loopt, meestal langs het strand. We komen in Boca Ciega, een toeristenoord met veel hotels en appartementen. Casa’s zijn min of meer verboden. We rijden terug naar de grote weg en vinden hier Kiki Y Nancy een nieuwe Casa met mooie kamers en een buitenplaatsje. In de loop van de middag naar het strand en ’s avonds eten we bij een tentje op weg naar de Casa.
17 december.
We gaan vandaag naar Matanzas, de hoofdstad van de gelijknamige provincie. Casa Kiki y Nancy heeft inmiddels gebeld en een kamer voor ons geregeld in Matanzas. We willen een alternatieve route fietsen maar twijfelen bij de afslag omdat er geen borden staan, maar we gaan goed. De weg is heuvelachtig en we hebben wind tegen, dus Fred mag het kopwerk doen. We hebben wel mooie uitzichten. We rijden de stad in en redelijk snel vinden we ons onderkomen. Een oud koloniaal huis met een patio waaraan de kamers liggen. We worden ontvangen met een verse jugo quave. De vriendelijke gastheer gaat ons diner verzorgen en vis serveren. Na een douche gaan we de stad in. Een leuk park en museum Farmaceutico. Helemaal compleet met potten, weegschalen, toonbank in een oud pand. We krijgen een rondleiding, wel in het Spaans maar dat geeft niet. We zijn onder de indruk. Weer op straat vervolgen we onze weg en zien we onze gastheer met een enorme vis lopen, waar halen ze het vandaan in een land waar niets is? We komen bij de brandweerkazerne, lijkt ook allemaal oud, maar we mogen niet naar binnen. Van een afstandje is het ook leuk. Op pleintjes, het dagelijks leven, schakende oude mannetjes en kinderen met tollen. Terug naar ons “huis” waar het diner wacht. De vis heeft een deel van de middag op de BBQ gelegen en smaakt heerlijk. De goede man heeft ook nog een Spaans wijntje, ook voortreffelijk als kost deze wel $3,00.
18 december.
Varadero, het vakantieparadijs voor de westerling en een enkele Cubaan. Slechts 39km fietsen we vandaag, grotendeels over de Via Blanca en verder een fietspad langs de kust. Eerst langs de baai van Matanzas met mooie uitzichten. De vuurtoren geeft het einde van de baai aan zijn we bij de stranden van El Coral waar het mooi snorkelen moet zijn. Redelijk snel vinden we een (illegale?) Casa aan het begin van het schiereiland in Varadero. Op een strandje bekijken we het vervolg van de reis. We liggen op schema, hier nog een dag blijven is niet de moeite waard en het komende traject van 200km is eentonig door suikerrietplantages en tegenwind. We volgen het advies opvolgen om de bus te nemen. Dus gaan we op zoek naar het busstation. Naar Santa Clara? Geen probleem, fietsen mee? Geen probleem, bus vertrekt om 8.00uur. Volgens de gidsen is het de moeite waard om naar het eind van het schiereiland te fietsen. Er gaat slechts één weg en die gaat van all inclusieve resort naar all inclusieve resort. Wat een verpest gebied, voor de locals is hier niets meer te zoeken dan werk in deze resorts. ‘s Avonds nog even langs het strand waar we ook nog een restaurantje vinden waar Cubanen eten.
19 december.
Varadero heeft een horeca opleidingsschool waar je kan ontbijten, maar omdat we vroeg met de bus moeten kunnen we er niet terecht. Bij een bakker dus maar het één en ander ingeslagen. Een stevige Cubaanse big mamma regelt de buskaartjes en alles er omheen. Het inladen van de fietsen gaat haar niet snel genoeg en helpt ze een handje. Dat haar handen daarna onder de olie en het vuil van de ketting zitten deert haar niet. Op naar Santa Clara. We komen nu ook in de omgeving waar Fidel Castro en Che (Ernesto Ché Guevara) strijd gevoerd hebben met het regeringsleger. Santa Clara is weer een grotere stad met veel koloniale gebouwen en parken. Ons, al in Varadero geboekte onderkomen, is snel gevonden. Ook nu weer een mooi opgeknapt gebouw met een grote patio en mooie kamers en veel “antiek”. Je moet of veel geld hebben of veel connecties om zoiets te kunnen hebben. We worden gastvrij ontvangen, het zal ons hier aan niets ontbreken. We hebben nog de hele middag voor ons. We lopen een stukje terug richting busstation omdat daar het standbeeld van Ché staat. Onderweg het dagelijks leven zoals een marktje, een peuterschool waar de kinderen op matrasjes buiten liggen te slapen. Als toeristen laten we ons per paard en wagen vervoeren. Een andere bijzonderheid is de spoorwegovergang waar nog treinwagons en ander materieel staan die tijdens de revolutie een grote rol hebben gespeeld. Soms is er ook uitleg aanwezig. Na een poosje op de plaza gezeten te hebben keren we terug naar ons onderkomen voor het diner. Onze Casa is ook en soort paradora, dus een privé restaurant. In de patio genieten we van een heerlijke maaltijd met veel vis (waar halen ze het vandaan zo midden in het land). We maken kennis met een Deens echtpaar die Spaanse lessen volgen en een georganiseerde fietsvakantie hebben gehad en volgens jaar zelf willen gaan fietsen in de Oriënt. Ze willen dus alles van ons weten.
20 december.
Hoe goed we het hier ook hebben, aan het ontbijt ontbrak het ons aan niets, we moeten verder. Angel Rodriquez, de eigenaar, heeft “toevallig” in Sancti Spiritus een neef wonen, dus ons onderkomen is al geregeld. We stoppen even in Placetas. Er is een soort kermis aan de gang, een draaimolen, suikerspinnnen en een varken aan het spit. We rijden over rustige wegen met een gevarieerd landschap: mais velden, suikerriet, bananenplantages, yucaplanten en klein dorpjes en aan de horizon zien we het Escambray gebergte opdoemen. De muurschilderingen met beeltenissen van de revolutie en standbeelden mogen ook vandaag niet ontbreken. Sancti Spiritus lijkt wel een verkleinde versie van Santa Clara, een plaza met oude gebouwen en een gemoedelijke sfeer (op de jineteros, jongens die je een overnachting of de weg willen wijzen, na). Alweer een prima Casa met een patio waar het lekker zitten is. We wandelen wat door de stad met een mooie winkelstraat en een leuk theater. De ijzeren stoelen op de plaza zitten wat hard en de oude mannetjes ontbreken. Onze gastheer heeft krab voor ons in petto en heerlijk vers fruit. Omdat het zaterdag is gaan we ‘s avonds de stad nog even in en naar de Casa de Trova. Dit is een soort discotheek maar met livemuziek waar iedereen volop op danst, maar dan 50jaar terug in de tijd. Ook hier vloeit de rum rijkelijk.
21 december.
Voordat we op de fiets klimmen bekijken we eerst nog een kerkje voordat de dienst begint. Volgens het boekje vandaag een van de mooiste etappes. Zeer afwisselend landschap over vriendelijke groene heuvels en veel kleine dorpjes. Na 20km en wat fruit stalletjes gaan we de Valle de los Ingenios in (vallei van het suikerriet). Inderdaad veel, heel veel suikerriet en fabrieken en oude (soms vervallen) gebouwen (ruïnes). Een van de huizen is huis van de suikerbaron Iznaga met een hoge slaventoren. We moeten de vallei ook weer uit dus even klimmen en niet vergeten achterom te kijken. Eenmaal in Trinidad is de Casa die we op het oog hadden vol horen wij als we bij de mensen binnen zitten en genieten van een glas vruchtensap. Zoonlief past ondertussen buiten op onze fietsen. Zoals overal is ook hier altijd een oplossing. Twee straten verder is er wel plaats voor ons bij familie of kennissen. Zo zijn we weer bij een paar lieve mensen die hun best doen om het ons naar de zin te maken. Omdat het zondag is, is er weinig sfeer en levendigheid in de stad. ‘s Avonds naar de Cassa de Trova, maar hier alleen een paar toeristen. Op het plein is wel livemuziek.
22 december.
Vandaag een rustdag en na het ontbijt gaan we de stad in. Het is levendiger dan gisteren. Ook zijn een paar van de musea geopend die we dus maar even bezoeken. Het bandietenmuseum is echter gesloten. Trinidad ligt redelijk dicht aan de kust en heeft een paar mooie stranden. We gaan dus op de fiets richting La Boca maar fietsen verder tot aan het eind van het schiereilandje, Playa Ancón. Het strand leent zich ook om wat te snorkelen. ‘s Avonds vinden we op de plaza een terras waar we een kipburger eten. De plaza stroomt vol met Cubanen, misschien omdat er een live radio-uitzending is. Het is allemaal wel leuk, maar het duurt te lang en van de livemuziek komt weinig terecht.
23 december.
Cienfuegos is onze volgende bestemming. Nog voor het ontbijt loopt Gerda nog even door Trinidad. We hebben de wind in de rug en de weg is licht heuvelachtig. Omdat we dicht langs de kust gaan en er veel riviertjes zijn moeten we vaak een dalletje in om een bruggetje te nemen. Na 65km komen we bij een botanische tuin. Zoals alles in Cuba is ook dit verwaarloosd. De entree naar de 100 palmen is goed, maar daar houdt het mee op. Inmiddels is het ook gaan regenen. Cienfuegos is een grote stad. Het valt nog niet mee om een casa te vinden. Uiteindelijk vinden we er één. Het is niet geweldig met weinig privacy, maar wel weer een vriendelijke “casavrouw”. Waar we niet op hebben gelet is de drukte, het lijkt of we op het drukste punt van de stad zitten, lawaaiig dus. Na het eten nog even de lange boulevard over en de plaza José Marti, hier hebben we ‘s middags ook al een mojito gedronken. Het is allemaal echter sfeerloos en er is geen muziek dus zijn we weer bijtijds bij de casa.
24 december.
Een rustdag. We lopen richting Parque José Marit en bekijken het theater Tomás Terry een van de mooiste gebouwen van de stad. We bezoeken ook twee begraafplaatsen. De een ligt in de stad en ziet er verzorgd uit. Het is niet zo groot en het heeft veel beelden en een ommuring. De begraafplaats buiten de stad (Cementerio Tomás Acea) is tot nationaal monument verklaard. Het marmeren pantheon met de 64 klassieke zuilen is een replica uit Griekenland. Het is ook een erebegraafplaats voor de gevallen van de opstand in 1957. Er moet ook geld gewisseld worden wat een aardig tijdje in beslag neemt. Op de reçu staan nl alle serienummers van de biljetten die we inwisselen. Een gebouw wat je niet mag missen is Palacio de Valle. Het fraaie stadspaleis ligt op aan het eind van de boulevard aan het water en is geïnspireerd op de architectuur van het Alhambra in Granada. Het leukste is echter de ontvangst door Carmencita, een nicht van de nationale dichter Nicolas Guillán Met verve brengt ze een Cubaans lied begeleid op haar zwarte piano. Terug op het plein zien we veel vrouwen in paarse jurken lopen rond de Kathedraal. Bij een Cubaanse Chinees gebruiken we het kerstdiner voor CUC 8.00. Een leuk restaurant, goede bediening en sfeer. Van de lokale band kopen we een CD. Bij het theater drinken we koffie voordat we weer naar de kathedraal gaan. Het is kerstavond met de nachtmis. Ze zijn hier de tijd al ver vooruit, aan een aantal pilaren hangen grote beeldschermen waarop een film wordt vertoond. We sluiten de dag af met een mojito.
25 december.
Om 7.00uur ontbijt voordat we een de lange tocht naar Playa Giron beginnen. We hebben echter wind mee. Het begin is afwisselend, maar het grootste deel is een moeraslandschap. Inmiddels zijn we in de varkensbaai. De Amerikanen hebben geprobeerd om hier het land binnen te komen in april 1961. Dit is echter niet gelukt. Playa Giron is niet de mooiste plaats van Cuba. Gelukkig hebben we wel een prima Casa. De eigenaars van Casa Mirtha spreken alleen Spaans en valt niet mee om met ze te praten. De mooie zitjes onder de bouganville maken echter veel goed ook al zijn er op het moment geen kolibries. Op het strand mojito’s en kokosnootcocktails en een ondergaande zon.
26 december.
Vandaag alweer een rustdag. Deze gebruiken we om 2 duiken te maken. Een mooie onderwaterwereld met veel koraal, vissen en kreeften. We zien ook een grote barracuda. We gaan ook nog even naar het strand een paar km verder in een mooie baai en lekker eten.
27 december.
Voordat we de stad verlaten bezoeken we eerst nog het museum over de mislukte invasie. Ons routeboekje brengt ons vandaag naar Jagüey Grande. Vele borden en plakkaten laten ons weten dat we in een historische omgeving zijn en dat de revolutionairen de Amerikanen hebben verslagen. Bij een leuk strandje hebben we nog tijd om wat te snorkelen, bij een grotspleet zien we fluorescerende vissen. We verlaten het moerasgebied en rijden de provincie Matanzas in. We vinden weer een prima casa. Verder is er weinig te doen.
28 december.
Vandaag verlaten we het routeboekje. De route gaat naar Varadero, maar wij gaan naar Matanzas, waar wij al eerder waren. In de casa laten we bellen naar ons adresje van de vorige keer, maar op de een of andere manier lukt het niet. Gisteren hebben we de stad niet goed verkend blijkt als we voorbij de plaza nog een hele stad zien met de nodige nijverheid. Het wordt een afwisselende tocht met weinig toeristen en fotogenieke plaatsjes. Onderweg ook veel suikerriet dat wordt geoogst, dus drinken we bij een guarapera een glas suikerriet sap. Het is zondag dus rustig op de weg, maar ook geen pizza’s. In Matanzas zijn we weer welkom op het bekende adres en gaat de vis weer op de BBQ en de wijn in de koeler.
29 december.
Het einde van de vakantie nadert. We gaan naar Jibacoa, het strand voor de Cubanen. We vinden nu wel de binnenweg, een prachtige groene route door de Jummurivallei. De weg is niet al te goed, maar goed te doen, zeker met het windje achter. We komen weer bij de campimissimo, nu blijkt er wel een cabana beschikbaar te zijn voor Europeanen. Onderdak voor 30cuc met beddengoed en handdoeken dat kan zelfs bij ons niet. Het middag menu en het eten ‘s avonds is hetzelfde, je kan kiezen uit pescado, pollo en gebakken boterhamworst, maar is niet slecht. Een gewild toetje is kaas met zoet, jam (membrillo). Water schijnt een probleem te zijn, gelukkig hebben we in het zwembad gezwommen want zwemmen in zee was als snel klaar door de vele kwallen. Helaas is er ook veel vervuiling in de vorm van ballonnen en flesjes op het strand.
30 december.
We gaan weer naar Havanna, een korte etappe, dus we hebben alle tijd. Onderweg nog even naar het strand in Boca Ciega waar het nu drukker is dan op de heenweg. We komen nu wel in Cojimar waar ook het café van Hemingway is. Op weg naar de veerpont komen we langs het grote beeld Christus van Havanna. Op een berg kijkend naar de stad of is het wakend over de stad. Voordat we de boot op kunnen moet alles worden gecontroleerd en gaan de fietstassen leeg. De speciale sleutel voor de trappers mag ik houden, maar de big mamma wil kennelijk toch wat achteroverdrukken want het breekmes van de gamma wordt in beslag genomen. Over de Malocon fietsen we naar hotel Deauville. Het staat niet meer in de steigers maar heeft een mooie blauwe gevel gekregen. Er wordt nog volop verbouwd, maar ook gepoetst en ingericht. Helaas is het hotel weer open en moeten we hier de nacht doorbrengen. We krijgen een nette kamer als ligt er nog wel stof wat niet verwonderlijk is omdat er een paar meter verder nog gehakt en gebroken wordt. Bij hotel Inglaterra halen we de fietsdozen op en gaan per fietstaxi terug. Toch weer de verkeerde prijs afgesproken. 2CUC was de prijs voor 1 persoon!! We gaan weer terug naar Inglaterra voor een mojito en daarna de stad verder in. Het is drukker dan een paar weken terug, waarschijnlijk voor het oud en nieuw. Op een mooi plein in de buurt van de kathedraal eten we op een terras een heerlijke pasta.
31 december.
Na het ontbijt eerst de fietsen inpakken. Bij de lobby kunnen ze blijven staan. Hoewel we al veel gezien hebben over de revolutie mag een bezoek aan het museum van de revolutie niet ontbreken. Behalve wapens, auto’s, radio’s en propagandamateriaal ligt ook de Gramna (waarmee Fidel en kornuiten het land binnen kwamen) in het museum. Men heeft er alles aan gedaan om de historie zo saai mogelijk ten toon te stellen. Inde middag lopen we nog over de “toeristenmarkt” waar we kettinkjes, muziekinstrumenten en oorbellen kopen. Op het terras waar we gisteren ook waren drinken we de laatste mojito. Tijd om terug te gaan naar het hotel, waar we voor CUC 10 tot 16.00 de kamer konden aanhouden. Om 16.30 komt de taxi ons ophalen om naar het vliegveld te gaan. Een mooie reis zit er weer op.
- Home
- Home
- Even voorstellen
- Natuur
- Kleur
- Onze Reizen
- Rondreis Patagonië 2024
- Fietsen naar Groningen 2024
- Fietsen in Turkije, voorjaar 2024
- Fietsen in Oeganda zomer 2023
- Fietsen rondom Ierland, 2022
- Fietsen in Polen, Green Velo route 2019
- Fietsrondreis China, Vietnam, Laos en Cambodja najaar 2018
- Fietsen rondom Schotland, 2017
- Rondreis Zuid India 12 november tot 10 december 2016
- Fietsen in Engeland 2015, Hull-York-Dover-Calais
- Fietsvakantie Duitsland, Zweden en Denemarken. zomer 2016
- Rondreis India, Rajasthan en Varansi. november 2015
- Fietsen van de Victoriawatervallen naar Kaapstad 2015
- Fietsreis Cuba 2014 (de Oriënt)
- Rondreis Ethiopië 2014
- Rondreis Nicaragua 2012
- Fietsreis Cuba 2008, de West
- Foto pagina
- Contact