Rondje Schotland Fietsvakantie 2017
Donderdag 29 juni.
Rond half tien zijn de fietsen gepakt. Onder een bewolkte hemel gaan we op pad. We hebben een leuke route, hoewel er altijd minder mooie stukken in zitten zoals bij Schiphol. Om 17.00 zijn we op de camping in Driehuis. ’s Avonds lekker gegeten bij grand café Valerius.
Inmiddels 95km op de teller. Half tien liggen we op bed.
Vrijdag, 30 juni.
Een rustig dagje. Op ons gemak ontbijten met verse broodjes en aardbeien. Lekker makkelijk als de winkels vlak bij zijn. Tegen twaalven gaan we op pad. Eerst naar de zuidpier waar we een beetje uitwaaien. Hierna tijd voor een kop koffie met gebak op het strand. Het is lekker zitten op het terras. Rond half vijf zijn we bij de boot. Het voordeel van de fiets is, dat we nauwelijks hoeven te wachten. De boot vertrekt op tijd.
Zaterdag, 1 juli.
De boot komt op tijd aan. Je bent dan nog wel een uurtje bezig voordat je door de douane bent. Met een lekker zonnetje gaan we op weg. De Hadrian fietsroute staat al aangegeven. Via rustige fietspaden gaat het naar NewCastle en na 13km komen we bij de bike rent en coffeeshop. Tijd voor een Engelse cappuccino. Smaakt net als de koek naar meer. We hebben op het terras een mooi zicht op de stad en de Millenniumbug. Langs de Tyne gaat het verder door de stad en wel 8 bruggen. Na de stad blijven we de rivier volgen en gaat het op en neer. Het is een mooie tocht. Corbridge heeft een aardig oud centrum en een paar km verder is een Romeinse stad. We kijken er van een afstandje naar omdat we de entree te hoog vinden en er nog meer opgravingen komen langs de Hadrian Wall. Voor Hexham verlaten we de route om naar de camping te gaan. De laatste loodjes wegen het zwaarst. Het gaat heuvel op en af, het lichtste verzet is nodig. Gelukkig hebben ze plaats voor ons. Nog even een heuveltje op en af voor het diner in de plaatselijke Inn. Vandaag 60km gereden.
Zondag, 2 juli.
Half tien vertrekken we. Onze Nederlandse buurman was lopend om 7uur al weg. Via Acomp komen we bij de snelweg. Zoals we al eerder zagen staan er aanwijzingen voor fietsers die nergens op slaan of nergens naar toe gaan. Via een pad gaat de route toch over de snelweg en bereiken we Hexham.
Een aardig stadje met een mooie abdij. Voordat we boodschappen doen eerst een soepkom cappuccino bij Costa. Het loopt al tegen twaalven als we echt op pad gaan.
Eerst een paar honderd meter terug en tussen al het drukke autoverkeer zien over te steken. Blijkt dat met een keer linksaf slaan we een hoop moeite hadden kunnen besparen.
Wat je bij ons ook niet zal meemaken is twee keer achter elkaar een hek door moeten om een spoor over te steken. De mooie weg naar de opgravingen van het Vindolanda Roman fort is zeer heuvelachtig en het schiet niet op. Vindolanda is de enige opgraving die wij bezoeken.
Het is een grote nederzetting geweest die nog goed zichtbaar is. Ook het museum is mooi. Na een kop pompoensoep gaan we weer verder, heuveltje op, heuveltje af. Onderweg nog meer opgravingen. Een stukje langs de Hadrianwall. Bij een stukje Wall waar een wachttoren heeft gestaan kun je nog zien hoe groot imposant alles moet zijn geweest.
Na zes uur komen we bij de geplande camping in Bank. Een strook gras tussen twee weilanden, een kraan en een dixie wc. We zijn de enigen. Vandaag 54km, dat wordt nog wat de komende weken.
Maandag, 3 juli.
We beginnen met een uurtje interval. Een aantal steile afdalingen en klimmetjes om riviertjes over te steken. Hierna wordt het vlakker. Een aardige rit dat ons weer bij de kust brengt. De beoogde camping is gestopt met tenten. We moeten weer 6km terug. We zijn nu bij een grote visvijver waar ook campingplaatsen zijn. We hebben een leuk plekje en af en toe een lekker zonnetje. Maar weer goed dat we onderweg inkopen gedaan hebben. Vandaag 64km gefietst.
Dinsdag, 4 juli.
Het weer is omgeslagen. Het regent en de tent gaat nat de tas in. Vandaag alleen rustige wegen, tot Dumpfries vlak en later glooiend. De eerste stop is bij het kerkje van Rutwell, dat echter nog dicht is. De tweede stop is bij kasteel Caerlaverock (of wat er van over is) waar we gelijk koffie gaan drinken.
Van het kasteel nemen we een foto. Langs de kust gaat het verder naar Dumpfries. Mooi langs de rivier tot aan de stroomversnellingen. De stad heeft ook een aardig centrum. We lunchen bij Starbucks, gelijk effe de mail checken. Het regent nog steeds en via een rustig binnen weggetje gaat het naar Castle Douglas. Na 10km slaat het noodlot toe: een lekke band bij Fred. De solutie plakt niet meer en een reserve band was niet nodig. Meer dan 15km lopen, de fiets licht tillend. Eenmaal bij de camping regende het niet meer. ’s Avonds bij een Italiaans restaurant gegeten, niet super geweldig en ook geen pizza op de kaart. Vandaag 70km afgelegd.
Woensdag, 5 juli.
Vroeg naar de supermarkt voor verse broodjes. De fietsenwinkel gaat pas om 12.00 open. Na de koffie wandelen we naar het kasteel van Castle Douglas dat een eindje buiten de stad ligt. Het kasteel ligt in een natuurreservaart. Bij de entree krijgen we wat informatie over de vogels mee. Het kasteel valt tegen, maar goed dat we daar niet naar toe wilden (£5 entree). Bij de rivier stond iemand met telescopen zodat je het nest van visarenden kon bekijken. Dit was nog het leukste. Vervolgens een nieuwe binnenband en een nieuw reparatie setje gekocht en de band geplakt. Wiel uit de fiets en er weer in, wat een genot om te mogen doen een band wisselen zonder vieze handen. ’s Middags een ommetje gemaakt. ’s Avonds heerlijk gegeten bij een Grieks restaurant met een traditionele keuken van Kreta. Vandaag slechts 35 km.
Donderdag, 6 juli.
Het heeft al een poosje geregend als we opstaan, echter bij het vertrek is het droog en dat blijft zo. Door een gerieflijk landschap gaat het naar Kirkcudbright, waar we de dagelijkse boodschappen doen en op een terras koffie drinken. Net zo gemakkelijk fietsen we naar Gatehouse Of Fleet waar we in de tuin van een pub lunchen. Onderweg nog wel een kerkje op de foto gezet. Hierna kijken we nog even bij een katoenmolen. Een paar km verder begint plotseling het echte werk. Het vee is uit het landschap verdwenen en de weg wordt steiler tot het een lange klim wordt. Na het hoogste punt dalen we naar Creetown. Nog 10km en wat voor kilometers. De route slaat opeens af, we moeten door een hekje en het pad gaat recht ophoog. Naast het pad traptreden als hulp. Ook zonder bagage klim je hier niet. De laatste paar km gaan door het bos. Een lange klim op versnelling 1 en tong op het stuur. Dan 20% naar beneden en zijn we bijna bij de camping van Newton Stewart. Vandaag 75km.
Vrijdag, 7 juli.
Om 9.15 zitten we op de fiets en 15 minuten later een stop bij een kerkje op een heuvel. Naast de kerk nog de ruïne van de oude kerk, inmiddels vol gezet met grafzerken. Na een paar km begint het klimmen en dalen door de bossen van het Gallowayforestpark. Het wordt tijd om het regenpak aan te trekken. Op km 18 is een bezoekerscentrum bij een waterval. Wij zijn voornamelijk geïnteresseerd in koffie met bijlage. Voor de ramen grote voederplanken waar driftig gebruik van gemaakt wordt. Het gaat weer verder, langzaam berg op en ook lang berg af. Het is een erg mooie rit, ondanks het buitje dat af en toe valt. Na de inkopen en nog maar eens koffie met gebak (verder weinig lunch gelegenheden). Het is nog maar 10km, maar volgens ons met net zoveel hoogtemeters als de hele dag. We eindigen bij de zee op een mooie camping bij Ayr met tot nu toe de beste douche. We zijn weer 70km verder.
Zaterdag, 8 juli.
Half acht, veel licht in de tent en het wordt al warm: zon. Erg veel blauw in lucht vanochtend. Vandaag voor de verandering een redelijk vlakke rit met in de ochtend ook nog eens wind in de rug. Het gaat veel langs de kust en dus maar koffie aan het strand. Na de boodschappen gaat het iets het binnenland in om langs alle golfbanen te kunnen. Het laatste stukje voor de ferry gaat weer langs de zee. We hebben tot nu zowat allemaal fietspaden. Na een uurtje varen, met frietjes als snack, moeten we nog 6km. Zoals al vaker zit het venijn in de staart: van de boot af gaat het 900meter lang omhoog. In Lamlash op het eiland Arran is het even zoeken naar de camping. Wat een mooi weer vandaag met 64km.
Zondag, 9 juli.
Geen zon vandaag. Als we vertrekken gaat de regenbroek alvast aan en die gaat niet meer uit. We gaan op weg naar de ferry bij Lochranza. We fietsen het eiland Arran bijna rond. Het begin is niet zo bijzonder. Na een aantal klimmetjes komen we na 20km bij het dorpshuis van Kilmory. We bestellen twee cappuccino en krijgen twee thee! Ook goed. Gelukkig komen er nog twee wielrensters anders was het helemaal een treurige bedoening. Iets verderop bij Blackwaterfoot doen we een paar boodschappen en een snelle hap. De “overbekende” bakker is natuurlijk dicht op zondag. We stoppen om naar de, voor ons, eerste steencirkels te gaan. Na een paar grafheuvels komen we bij de steencirkels, nog geen Stonehenge, maar dat komt nog. Met hier en daar nog een pittig klimmetje, maar ook een paar kilometers vlak komen we bij de camping van Lochranza. Het was een mooie rit en geologisch interessant. In plaats van de tent opzetten huren we een hutje (wigwam voor de Engelsen). Vanavond uiteten in het dorp omdat het restaurantje naast de camping “full booked” is. We zijn weer 65km verder.
Maandag, 10 juli.
We mogen uitslapen want we nemen de ferry van 10.45uur naar het schiereiland Knapdale en we kunnen in het zonnetje ontbijten en doen rustig aan. Eenmaal aan de overkant liggen er weer heuvels in het verschiet. Eerst over een rustig weggetje, later over een A-weg gaat het naar Tarbert, een wat groter plaatsje. Vanuit het restaurant hebben we uitzicht op de haven. Omdat er nog een paar stevige klimmetjes wachten eten we maar macaroni met kaas (en frietjes liggen er op ons bord). Nog even de boodschappen en daar gaan we weer. Eenmaal van de A-weg af hebben we het rijk bijna alleen. Zoals we dus al wisten, een paar stevige klimmetjes en regelmatig uitwijken voor auto’s (ze doen het vaker voor ons). Het levert mooie uitzichten op. Na 65km bereiken we de camping bij Kilberry. Ziet er in eerste instantie uit als een caravan park, maar een paar honderd meter verder hebben ze een mooi camping terrein met uitstekende voorzieningen, direct aan zee.
Dinsdag, 11 juli.
Vanwege de beestjes ontbijten we in de tent. Het is uitstekend fietsweer, nauwelijks wind en soms wat zon. We fietsen vandaag grotendeels langs het water en komen geen winkel of café tegen, zoals het boekje beschrijft. Een mooie route met een stuk zo steil dat fietsen niet meer mogelijk is. En zwaar is dat stukje, lopend met de fiets die niet meer vooruit wil over een pad dat soms ook glibberig is. Als dank: een horde midges, klaar om aan te vallen. Bij Castle Swean drinken we onze koffie. 4km verder moeten we onder een boom even schuilen voor de regen. De laatste 10km gaan langs een kanaal met 15 sluisjes die handmatig bediend moeten worden. Een mooi stukje fietsen met aan de andere kant van het jaagpad een hoogveen gebied. In Lochgilphead vinden we onze camping voor vandaag. Als de tent net staat valt er weer een buitje. Het stadje stelt weinig voor en ziet er armoedig uit, zo ook de eetgelegenheden. 64 afgelegde kilometers.
Woensdag, 12 juli.
Na regen komt zonneschijn en het wordt weer een zon overgoten dag. Binnen 15 km bezoeken we een aantal archeologische plaatsen voordat we in Kilmartin komen. Op een mooi grasveld hadden we kunnen kamperen. We bekijken even het kerkje met zijn bijzondere stenen en drinken koffie bij het naast gelegen museum. Hierna begint het echte werk. Volgens de beschrijving 15km klimmen, soms steil. De 15 worden er 20 en het soms kan weggelaten worden. Het is bijna niet leuk meer. Na 15 km komen we in Dalivich waar we in het postkantoor (annex café, shop en buurthuis) lunchen. Als we eenmaal de bossen achter ons laten bereiken we Taynuilt. Hier staan we voor de keuze overnachten of nog 20km. Bij de kruidenier even een sapje en een snicker en dan gaan we toch maar verder. We krijgen er geen spijt van. Na een kort klimmetje komen we in een prachtige vallei met veel schotse hooglanders. We helpen een jong stel even met het plakken van een band, zij ook weer gelukkig. Aan de andere kant van de vallei weer een klim en Oban komt in zicht. Noch een paar km langs de kust tot aan de camping. Een nieuw afstandsrecord deze reis, 86 km.
Donderdag, 13 juli.
Een rustige dag vandaag. Op ons gemak ontbijten en opbreken en daarna naar Oban. De tickets voor de boot zijn snel gekocht en hebben we nog alle tijd voor de dagelijkse boodschappen. De boot vertrekt op tijd en na vijf en een half uur varen komen we aan bij het eiland Barra, het eerste eiland dat we aandoen van de buiten Hebriden. Van hieruit is het ongeveer 3km naar de camping met een stevige heuvel halverwege. De kleine camping ligt direct aan het water en heeft prima faciliteiten. Wel 10km vandaag.
Vrijdag, 14 juli.
Ook vanochtend kunnen we rustig aan doen. We laten alles, in de tassen, op de camping liggen en gaan eerst naar het eilandje Vatersay. 10km op en neer om uiteindelijk bij een mooi wit strandje te komen. Hier even koffie gedronken en weer terug naar Castlebay voor de boodschappen. Op weg naar de veerhaven pikken we onze spullen weer op. 15.45 gaat de boot. Inmiddels begint het wat te spetteren. Na de overtocht toch maar het regenpak aan. Het eiland Eriskay is niet zo groot, eigenlijk maar 1 berg waar we natuurlijk overheen moeten, iets verder op komen we op Zuid Uist. Tot de camping is maar een paar kilometer. Als de tent eenmaal staat begint het harder te regenen en dat stopt niet meer. Ook waait het een beetje. Toch nog 46km vandaag.
Zaterdag, 15 juli.
Ik weet niet of het vannacht nog regende, maar nu wel en dat blijft voorlopig zo. We doen dus rustig aan. Rond 12.30 gaan we toch maar de regen trotseren. Als na 18km het regenen stopt, komt er ook een cafe in zicht, toch maar even stoppen. Heel langzaam trekt de lucht open. De rit vandaag is redelijk vlak, alleen de wind waait uit een andere hoek dan normaal. We hebben hem dus het grootste stuk tegen. Het landschap is wat eentonig, moerassen met veenpluis en met veel bloemen. Zo verlaten we Zuid Uist en rijden Noord Uist in. Ook hier geen bomen. We moeten volgens de bordjes wel uitkijken voor overstekende otters. Na 70km de camping, wederom een plaats met weinig tot geen beschutting. In de loop van de nacht gaat het steeds harder waaien.
Zondag, 16 juli.
We staan vroeg op, niet dat we uitgeslapen zijn maar meer vanwege herrie die de tent maakt.
Het waait nog steeds behoorlijk. We gaan eerst naar de opgravingen een paar kilometer verderop. De laatste km berg af en wind mee. Bij een hotel zetten we de fietsen neer en lopend verder. We moeten een pad in, dat al snel moerassig wordt. We komen bij een steencirkel. We volgen het pad verder, dat hadden we beter niet kunnen doen. Eerst gaan we door een bos, dat ons niet bij bij de grafheuvel brengt. Een ander pad gaat de heuvel op en het wordt soppen. Dan maar terug. Bij het hotel een cappuccino. Met de fiets rijden we iets verder en komen alsnog bij de grafheuvel. We zouden vandaag een ommetje rijden naar de boot, en de eerste 20km gaan strak tegen de wind in. Gelukkig maken we een grote bocht en krijgen we de wind achter. Inmiddels de regenbroek aan. In Solas is het dorpshuis/café gesloten zodat we onze eigen koffie drinken. Ruim op tijd zijn we bij de boot om Uist te verlaten. De aankomst op Zuid Harris doet door het weer troosteloos aan. We gaan maar slapen in een bunkhouse ook omdat er geen camping meer is. Het is een net hostel en niet zo groot, we hebben een eigen kamer. Gelukkig hebben we nog eten want het nabij gelegen restaurant is dicht op zondag. Vandaag 56 kilometers met wind voor en tegen.
Maandag, 17 juli.
Goed geslapen in een bed, maar nog niet uitgerust. Na het ontbijt gelijk op pad, naar Tarbert is maar 35 kilometer. Het gaat langs een mooie kustlijn met soms fraaie strandjes en duinen. Het is wel weer klimmen en dalen. Na z’n. 25 kilometer volgt er een lange klim die ons 140 meter hoger brengt. Onderweg een aantal plaatsen waar nog turf wordt gestoken. We besluiten om een extra ommetje van een kleine 20km te maken door het woeste kale landschap. Na een afdaling tot zee niveau volgen er weer talloze klimmetjes met als laatste een steile klim naar 140 meter. De “stad” is nu nog maar een klein stukje afdalen. Vannacht slapen we in een backpackers hostel. Nu hebben we een kamer met 6 personen. De middag brengen we, zittend in de zon, in het plaatsje door.
Dinsdag, 18 juli.
Het wordt vandaag een prachtige zonnige dag. Om 9.00uur verlaten we Tarbert al. Na 5 km de eerste lange klim. Inmiddels zijn we op Lewis aangekomen. Eenmaal boven gaat het steeds “gemoedelijk” op en neer. Lang omhoog en lang naar beneden. Op een mooi plekje even aan het water wat eten en drinken (zelf meegebracht). Het landschap wordt steeds minder ruig. Bij een dorpshuis een koffie met koek. Hier spreken we andere Nederlanders op de fiets. De laatste 10 km zijn niet bijster mooi. De camping is druk, zompig en kent geen vlakke stukjes. Het is even lekker zitten zo in de zon. We treffen nog meer Nederlanders (nu met auto en hebben ze al 3x eerder gesproken). ’s Avonds naar Stornoway om wat te eten. Ruim 60 km vandaag.
Woensdag, 19 juli.
Vandaag rijden we een extra rondje van ongeveer 77 km. Het is vanochtend aardig gaan waaien. Met aardig wat zon vertrekken we me de wind in de rug. Eenmaal buiten het dorp komt de snelheid er aardig in, helling af bijna 50km. De eerste stop is bij een gerestaureerde blackhouse. Een oude woning van steen en riet/gras. Omdat er op tutf werd gekookt en verwarmt en er geen schoorsteen was, werd het dak zwart. Vervolgens stoppen we bij de “Noorse molens”. Eenvoudige watermolens. Halverwege een borch, dit is een rond huis met verdiepingen van waarschijnlijk een rijke familie. Hier kan je nog aardig zien hoe het huis er vroeger uit zag. Met inmiddels wind tegen komen we bij de steencirkels. Deze steencirkel kan groter zijn dan de steencirkel van Stonehenge. Na een colaatje nog de laatste 27 km tegen de wind in naar de camping. Gelukkig verlaten we halverwege de grote weg en krijgen we de wind schuin achter. Na 80 zijn we weer op de camping.
Donderdag, 20 juli.
We hoeven niet vroeg op en het regent af en toe. Na het ontbijt en een paar koppen koffie breken we de tent op en gaan de dagelijkse boodschappen doen. Verder slenteren we nog wat de Stornowy alvorens we om 14.00 uur de Hebriden verlaten. Twee en een half uur later komen we op de Schotse hooglanden. Het ziet er gelijk al wat ruiger uit dan Lewis. Na wat rond gereden te hebben door het stadje, gaan we noordelijke richting. Het is meteen raak, klimmen en klimmen. Het resultaat mag er ook zijn, na de afdaling een mooie camping in een baai. Volgens de website met de mooiste zonsondergang. Helaas is er geen zon maar wel midges. Vannacht slapen we weer vlak.
Vrijdag, 21 juli.
Het zonnetje schijnt al als we opstaan. Vandaag slechts 44 km, maar dat zegt niets. Over een A-weg gaat het gelijk een km bergop in een lichte versnelling. Vanaf het informatiepunt over de bevroren bergen worst het vlakker. We zijn nu in een GEO natuurreservaat. Gelukkig mogen we afslaan en een rustige weg inslaan. Het landschap wordt ook gelijk een stuk mooier. Ruig, verlaten en erg mooi. Op een grote kei in het moerassige gras genieten we van de omgeving en de droge pannenkoeken (bijna eierkoeken). De graslanden worden afgewisseld met bossen soms met steile klimmetjes. Na 38km de eerste koffiestop. Na twee heuveltjes komen we op de plaats van bestemming, Lochinver een aardig stadje waar we in een bunkhuis overnachten. Vanavond uiteten in de pub.
Zaterdag, 22 juli.
Na een nachtje bunkhuis incl eenvoudig ontbijt gaan we op pad naar de volgende bestemming, Scourie. Nog amper het dorp uit, gelijk een behoorlijke klim. Wat verder op nog een en dan een aantal kilometers redelijk vlak. Het landschap is iets minder mooi dan gisteren, maar het blijft ruig en leeg. Onderweg nauwelijks voorzieningen, slechts een hotel voor de koffie. We stoppen regelmatig om van de uitzichten te genieten. Redelijk vroeg voor ons zijn we op de camping. De spar 200 meter verderop heeft nauwelijks assortiment dus zoals vaker improviseren met koken. We zijn 47 km opgeschoten, de volgende overnachtingsplaats ligt echter te ver weg.
Zondag, 23 juli.
Rond half tien gaan we weer op pad, we laten prachtig mooi campingterrein achter ons. Het doel voor vandaag is Durness, de noordelijkste plaats op het vaste land van Schotland. Na een paar kilometer een klimmetje van 12%, net te veel van het goede want de laatste 50 meter moeten we lopen. De langere klim van 10% levert geen problemen op. Het is vandaag een lange bijna rechte weg met veel campers wat soms lastig is op de smalle weg. Een paar kilometer voor het dorp genieten we nog even van het landschap. Na een laatste klim zien we de camping liggen. Alweer een mooi terrein met mooi uitzicht over de Atlantische oceaan. Later bezoeken we nog een kunstenaars dorpje waar ze een heerlijke chocolademelk serveren. Wederom een korte etappe van 42km.
Maandag, 24 juli.
Na 3 km de eerste stop, de Cave van Smoo. Deze grot heeft de ingang aan de vloedlijn en loopt een eind het land in, hoever weet men nog niet, dat onderzoekt men nog. De ingang ziet er in ieder geval groots uit. De volgende 15 km gaan langs een diepe baai en zijn redelijk vlak. Hierna worden de hoogteverschillen groter met als uitdaging: een klim (20%) en daarna rustig verder klimmen (beschrijving volgens het boekje). Gelukkig mogen we daarna 6 km dalen. We rijden daarna via een brug en een dijk gelijk het hostel in dat we voor vandaag uitgezocht hadden. Er blijkt ook een camping terrein bij te horen. Na het opzetten van de tent rijden we nog een extra rondje. In de grote keuken van het hostel bereiden we een diepvriesmaaltijd van het huis, smaakt niet slecht.
Jammer dat het in de loop van de middag is gaan motregenen. In dit hostel ook veel Nederlanders. 68km op de teller vandaag.
Dinsdag, 25 juli.
We verlaten het leuke plekje met achterlating van hordes mitches. In de motregen gaan we gelijk klimmen. Even zien we de hostel/camping nog onder ons liggen. Redelijk vlot zijn we in Bettyhill, waar we koffie met een chocolademuffin eten. Een muffin opgediend op een bord versiert met slagroom en een aardbei. Ook het vervolg gaat redelijk snel. Als we bij Melvich zijn, waar we zouden kamperen, besluiten we na een lunch door te rijden. Het landschap veranderd in agrarisch, dus hooilanden en koeien. In Thurso aangekomen gaan we op zoek naar een hostel, moeilijk is het niet. Het is minder dan de voorgaande hostels, wel een kamer voor twee met eigen sanitair. Na een wandeling door het stadje eten we bij een bistro. ’s Avonds boeken we de boot naar de Shetland eilanden voor donderdagnacht. 76 kilometers kunnen worden bijgeschreven.
Woensdag, 26 juli.
Het is vannacht gaan waaien en hebben de wind tegen. Slechts twee heuvels vandaag. Bergafwaarts moeten we wel meetrappen vanwege de wind. Zonder stops komen we bij John O’Groats, het einde van de North & West Highland Route. Alleen nog de ferry naar de Shetland eilanden. Het is hier wel een toeristisch gebeuren met veel souvenirs en galeries. Ook de kerstman ontbreekt niet. Gelukkig kan je er ook koffie drinken, want de boot gaat voorlopig niet. Inmiddels is het gaan regenen en is het koud. Bij het kopen van de tickets horen we dat er een extra boot gaat. Blijkt dat we met drie man inde boot zitten. Eenmaal op het eiland komen er 5 volle bussen aan. Gaat de boot toch vol terug. De regen is weer opgehouden en onderweg wordt er weer van alles uitgetrokken. We eindigen vandaag bij een biologische boerencamping. Gelukkig verkopen ze het een en ander want we hebben vandaag geen boodschappen gedaan. Inclusief de eerste kilometers op de Orkney eilanden een totaal van 46.
Donderdag, 27 juli.
Zoals wel vaker doen we rustig aan, Kirkwall is maar een goeie 30 kilometer. We fietsen eerst door het dorpje St Magretshope om verder naar de landtong te gaan. De tearoom aan het eind van de weg is gesloten. We lopen naar de verdedigingswerken uit WO2. De batterijen zijn aardig verweerd, maar liggen fraai boven kliffen. Rond deze kliffen zien we Jan v Genten, grote jagers en alken vliegen. Terug in St Magretshope lunchen we lekker in het zonnetje. Het wordt tijd om richting Kirkwall te gaan. Via een aantal dijkjes aangelegd door Churchill komen we op het hoofdeiland. Ondertussen de Italiaanse kapel bekeken. De opgravingen konden we niet zo goed vinden of thuisbrengen. Na nog een paar heuveltjes rijden we de stad in. We zoeken even uit hoe we vannacht bij de boot moeten komen en bij een wachtruimte van een andere ferry kleden we ons om. Om zes uur ontmoeten we Peter en Sabine waar we een gezellige avond mee hebben.
Vrijdag, 28 juli.
Om half acht verlaten we de boot en zijn we op de Shetland eilanden. De camping van Lerwick bestaat niet meer. Dan eerst maar lekker ontbijten aan de haven in de zon. Al in de stad beginnen we met klimmen en dat gaat de hele dag door. De volgende campings zijn er ook niet meer (waaronder een bod). Na 50 kilometer komen we in Voe waar een bod is om te overnachten. Een bod is een oude vissershut/huis dat nu gebruikt wordt als overnachtingsplaats. We zitten nog maar net of er komen nog twee Nederlandse fietsers. Zij komen net uit het noorden. In de pub aan de overkant eten we met z’n vieren.
Zaterdag, 29 juli.
Zo uit de bod een steile weg het dorp uit. Gelukkig is het op het verdere traject op het eiland redelijk vlak. In Brae doen we de boodschappen. Bij de eerste oversteek hoeven we maar 45minuten te wachten. Hier ziet Gerda eindelijk een otter. Na de overtocht zijn we op het eiland Jell dat we oversteken naar de tweede ferry. We varen gelijk weg. Het is nu nog maar een paar kilometer en een heuvel als wij bij de hostel/camping aankomen op het eiland Unst.
We zetten de tent op een beschutte plek op, niet de plek met het mooiste uitzicht. In de gemeenschappelijke keuken maken we ons prakkie klaar. We zijn nu op de noordelijkste kampeerplaats van deze vakantie. Ook op deze plek komen aardig wat Nederlanders.
Zondag, 30 juli.
Vandaag maken we een tochtje naar Hermanness, een natuurreservaat. Onderweg op zoek naar een winkel. De eerste is dicht zonder openingstijden. Iets verderop hebben we meer geluk. Naast de boodschappen is het ook een restaurantje. Met een goeie 20 kilometer zijn we op de plaats van bestemming, tevens het noordelijkste punt dat we per fiets bereiken. Eerst wandelen we een stuk verkeerd, kaart niet goed bekeken. Eenmaal op het juiste (vlonder) pad gaat het naar de steile kliffen. We worden opgewacht door een kolonie papegaaiduikers. De leukste vogels van het noorden. Waggelend bewegen ze zich over de rotsen en het gras soms verschuilend in een konijnenhol. In de verte een paar rotsen in zee met duizenden Jan van Genten. Naast deze twee vogelsoorten zijn er veel grote jagers. We fietsen weer terug naar het hostel om een Indiase diepvriesmaaltijd op te warmen. 42 km vandaag.
Maandag, 31 juli.
We staan pas tegen half negen op en doen rustig aan. Nog even kletsen met de buren, ook uit Nederland. We gaan op weg, terug naar de ferry waar blijkt dat we net te rustig hebben gedaan. We moeten een uur wachten. De boot verlaten heeft wat voeten in aarde. Een grote vrachtauto moet op de boot manoeuvreren om precies door de lage opening te kunnen. Via wat kleinere wegen gaan we naar de camping bij Burravoe. Gelukkig hebben we onderweg in een klein winkeltje boodschappen gedaan. Het is de kleinste camping tot nu toe, maar alles ziet er pico bello uit. We staan wel met 6 tenten op een heel klein veldje. We zijn te laat voor de tearoom en het museum van Old Haa.
Dinsdag, 1 augustus.
Vannacht heeft het geregend, maar de tent is redelijk droog. Net na negenen gaan we op pad. Met 6km zijn we bij de ferry om ons weer naar het main eiland te brengen. De boot wachtte op ons. We volgen weer de oostelijke route. Deze heeft wel meer klimmetjes (en lange afdalingen) maar is mooier dan de westelijke route. Voe bereiken we voor ons gevoel redelijk snel. Ook de tweede lus gaat langs de oostelijke kustweg door een woest landschap en mooie uitzichten. Jammer dat de laatste 15 km over de grote, drukkere, weg moet. In Lerwick heeft het hostel alleen plaats in de mannen en de vrouwenzaal. B&B zitten vol en de tourist information heeft ook geen oplossing. Terug naar het hostel, blijkt dat er een 6 persoonskamer voor ons is voor slechts £30 en alles heel luxe en netjes. Vanavond uiteten in een steakhouse. 66 kilometers gereden vandaag.
Woensdag, 2 augustus.
Na een lekker ontbijt op het terras waar we al eerder zaten, gaan we een vaartochtje maken. Een tweeënhalve uur durende excursie langs de kliffen van Lerwick. Met prachtig mooi weer zien we vanaf zee de hoge kliffen met duizenden jan van genten van heel dichtbij. Ook andere vogels. Ondertussen wordt er van alles over het gebied verteld. Als laatste wordt een zeehond gevoerd, hij komt zowat aan boord. Na de lunch laat ik m’n bril repareren en bezoeken we het plaatselijke museum. Het wordt tijd om de Shetland eilanden te verlaten. Half zes vertrekt de boot. Tegen elven zijn we in Kirkwall waar we in 10 minuten naar de camping fietsen. Als de tent staat en we net in bed liggen begint het te regenen en wat te waaien. Toch nog 8 km gefietst.
Donderdag, 3 augustus.
We zijn al vroeg wakker en besluiten om toch maar met de boot van 7.20 naar Westray te gaan. Zo kan het dus gebeuren dat we voor zes uur de tent al opbreken en een uur te vroeg op de pier in een miezerige regen staan te wachten. Op Westray is het 10km fietsen naar de camping. Tijd voor het ontbijt en dan wachten op beter weer. In de middag maken we een wandeling door het dorp en een wandeling uitgezet door de vogelbescherming. Deze loopt door wat velden en langs het strand. In dorp gaan we ook naar het lokale museum om naar opgravingen uit de Viking tijd te zien. De belangrijkste vondst is een zandstenen beeldhouwwerkje van nog geen 10cm. Het weer blijft wisselvallig en als we naar het dorpshotel lopen regent het een beetje. Het is erg druk in het hotel en we moeten lang wachten. Uiteindelijk wel lekker gegeten. Naast de regen is het ook meer gaan waaien. Op de fiets wel 13 km afgelegd vandaag.
Vrijdag, 4 augustus.
We slapen uit en hebben geen haast. Na de koffie gaan we op pad. De eerste stop is bij een kasteel dat nog gedeeltelijk intact is. Na een klimmetje parkeren we de fietsen voor een wandeling langs de kliffen. Geen papegaaiduikers maar verder wel de soorten die we eerder al zagen. Als we na drieën weer in het dorp zijn drinken we koffie in de cafetaria van de dorpswinkel.
We gaan nog op zoek naar de restanten van een Viking huis, dat we gisteren niet konden vinden. Het lijkt erop dat we het weer niet vinden, maar gelukkig komt er een “guided tour” langs die er ook naar toe gaan. Waarom staat het ook niet aangegeven? Vanavond eten we weer in het Pierewall hotel. Wederom is er geen tafel vrij, maar kunnen we aan de bar terecht. Groot deel van de dag op pad geweest om 17 km te fietsen.
Zaterdag, 5 augustus.
De wekker gaat om 7 uur zodat we met de ferry van 9 uur naar het Mainland kunnen. De tent gaat droog in de tas en het waait nog steeds een beetje. In Kirkwall bekijken we de kathedraal en doen we de boodschappen. Hadden we vanochtend de wind achter, nu hebben we hem steeds tegen. We willen proberen om vandaag naar Maes Howe tombe te bezoeken i.p.v. morgen. De tombe ligt nu op de route, maar je moet via het bezoekerscentrum en dat ligt morgen op de route. We kunnen de boeking niet omzetten en zo lovend als onze gids over het personeel schrijft, zo moeilijk doen ze bij ons. Morgen beter. Vanwege de wind en een natuurpark passen we de route aan, recht tegen de wind in dwars over het eiland. Even een stop bij een mooi punt over Loch Harray en verder maar weer. In Dounby even tijd voor een slappe cappuccino. We komen bij een mooi kampeerveldje, een beetje soppig maar goed. Het hoort bij een hostel dat door vrijwilligers wordt beheerd. Na het opzetten van de tent rijden we naar Brouch Head. Dit is een eiland met restanten van een Picten en Vikingen nederzetting. Omdat het geen laag water meer is kunnen we er niet naar toe. Terug bij de camping is het tijd voor de borrel (vruchten smoothy) en het eten (roerbakgroenten met dunne spaghetti en een sausje). Vandaag 56 km.
Zondag, 6 augustus.
Volgens de gidsen zijn we in het Egypte van het noorden, veel ouwe stenen dus vandaag. De wind is gaan liggen en het zonnetje schijnt. Na 3 km de eerste stop. Op een klip bij een herdenkingingstoren (Kitchener Memorial) maken we een kleine wandeling en zien weer Jan v Genten. 5 km verder het eerste historische hoogtepunt, Skara Brae een vinkingstad dat onder de grond heeft gelegen. Mooi complex en ook het huis van de ontdekker is fraai ingericht. We verlaten de kustweg en de toeristen en duiken het binnenland in. Binnen een afstand van 2 km zien we vervolgens de ring of Brodgar (cirkel van 30 meter met rechtop staande stenen, vroeger waren dit er 60), de Stones of Stenness (ook een cirkel met nog maar een paar stenen en een rituelen plaats) en opgravingen die nog in volle gang zijn. Als laatste van deze historische tocht is de Meashowe tombe, waar we gisteren niet terecht konden. De berg die je ziet als je aan komt heeft een ingang waar de zon op 21 december precies invalt. Deze tombe is ruim 5000 jaar oud en geplunderd door de Vikingen. Nu is het nog maar 10 km naar de camping in Stromness. De weg naar de camping wordt om het dorp omgeleid, we konden er echter ook dwars door heen. De camping valt tegen. Hele dag onderweg voor 30km.
Maandag, 7 augustus.
Het is vannacht gaan regenen en het ziet er donker en grijs uit. Moeten we wel een uitstapje naar Hoy maken! Gelukkig breekt de lucht open tijdens het ontbijt en gaan we toch maar op pad. Het pontje van 10.00 uur brengt ons on 20 minuten op het eiland. Het eiland is niet zo groot en een half uurtje later staan we aan de andere kant waar we gaan lopen. Het doel is een klif met uitzicht op de Old Man of Hoy. Na een uur gestaag ophoog lopen zijn we er. De Old Man of Hoy is een recht uit zee stekende steenmassa, 350 meter hoog. Inmiddels stikt het van de midges, wat stil staan of zitten er niet leuker opmaakt. We eten ons boterhammetje maar lopend op. Halverwege de terugtocht stoppen we nog bij een opmerkelijke graftombe, een kei van 6 meter die hol is. Net voor de steiger is nog een café waar we wachten tot de ferry ons weer terug brengt. ’s Avonds lekker gegeten in de ferry inn. Op Hoy 20km gefietst.
Dinsdag, 8 augustus.
Met de boot van 11.00u verlaten we de Orkney eilanden. We gaan weer richting huis. Halverwege moet de boot plotseling uitwijken om een aanvaring te voorkomen. De pier wordt gedeeld met de Prinsendam, een Nederlands cruiseschip ter grootte van een flat. Van Thurso gaat het door een aardig landschap, nu met wind achter, i.p.v. tegen bij de weg naar John O’greak. Na 45 km zijn we in Wick waar we na ons potje koken nog even doorheen lopen en een afzakkertje nemen.
Woensdag, 9 augustus.
Vannacht heeft het geregend en nog steeds zijn er dreigende wolken waar af en toe water uit valt. De wind is ons nog goed gezind al draait hij in de loop van de dag wat meer naar het westen zodat we hem opzij hebben. Met het vele verkeer is dat soms lastig. Bij een tearoom mogen we alleen buiten koffie drinken omdat er een bus oudjes aankomt. In Helmsdale eten we een pizza die redelijk lang zwaar op de maag ligt. Ondanks de drukke weg is het uitzicht vaak wel mooi waardoor het een aardige rit wordt. Het eindpunt is Brora een camping pal aan het strand en een half uurtje naar de stad. Vandaag 76 km met twee pittige klimmetjes.
Donderdag, 10 augustus.
Vandaag een korte etappe. We vervolgen onze route over de A9. Na een paar km doemt het kasteel Dunrobin op. Via een statige oprijlaan kom je bij het grote kasteel, dat fraai hoog boven de kustlijn ligt. We vinden de entree echter te hoog om binnen te kijken. We vervolgen door het leuke stadje Golspie waar aardig wat toerisme is. Het toerisme wordt nog groter bij Dornoch. Ook weer een leuk stadje dat we via een redelijk rustig weggetje bereiken. Na een bezoek aan de kathedraal is het tijd voor koffie en de boodschappen. Via nog een leuk weggetje komen we weer op de A9. We hoeven nu alleen nog maar de hoge brug over de Dornoch Firh over om bij de camping te komen, in een soort niemandsland. Naast de vele grote stacaravans is er ook een tentenveld met mooi sanitair. Na de lunch bezoek ik nog de Glenmorangie distillerdij. De Scotch smaakte prima.
In de loop van de dag is het steeds harder gaan waaien. Slechts 42 km en nog 5 naar de whiskeystokerij.
Donderdag, 11 augustus.
We hebben vandaag aardig wat wind veelal tegen en ook de regenbroek blijft binnen handbereik. Net voor de ferry, bij Nigg, bekijken we een kerkje met een mooi bewaarde steen uit de ijzertijd. Vanwege de wind gaat het pondje niet en moeten we een flink stuk om fietsen en missen het stadje Cromarty. Veelal langs het water, waar boortorens staan te wachten en na 50km, in Invergordon pas de eerste eet/drink gelegenheid. Na het passeren van een vliegdekschip veranderd het landschap. We gaan steeds meer klimmen en dalen, maar na 90 komt toch de grote brug over de Beauly Firth met uitzicht over Inverness. De brug zal al snel meer dan een kilometer zijn. Via het industrieterrein komen we in de binnenstad volgen we de rivier naar de camping, een drukke stadscamping. Na het eten wandelen we nog even terug naar de stad voor een afzakkertje. Meer dan 100 km gereden vandaag.
Zaterdag, 12 augustus.
De tentjes om ons heen worden al vroeg opgebroken. Ik ga eerst maar even verse broodjes kopen. Vandaag staat een ritje langs het meer van Lochness op het programma. We zijn nog niet eens de stad uit of de regenbroek gaat aan. In de loop van de ochtend gebeurt dit nog een paar maal. Op de heenweg gaat het door een wisselend landschap met steeds meer bloeiende heide tegen een zwarte lucht. We vergissen ons op de kaart en gaan pijlsnel naar beneden naar het meer. Eigenlijk wilden we iets verder doorrijden. Aan het eind van het meer is een restaurant waar we ons opwarmen want het is best wel fris. Op de weg terug naar de stad nog een laatste buitje. Weer terug op de camping klaart het op. Na een warme douche gaan we de stad in. Een best wel gezellige stad met leuke straatjes en een paar overdekte winkelcentra. In een mega sportsuperstore. Kopen we voor £20 twee shirts met lange mouwen. Vanaf het kasteel heb je een aardig uitzicht over de stad en de rivier. Op een terras op de heuvel bij het kasteel zitten we lekker en eten we. Onderaan bij de brug kunnen we in het zonnetje nog koffie drinken.
Zondag, 13 augustus.
Veel zon zien we niet vandaag, wel af en toe regen. De route brengt ons eerst naar de slagvelden van Culloden. Deze bezoeken we echter niet. Moesten we wel twee heel steile hellingen voor op. We kijken wel even bij Clava steenhopen, een aantal stenen hunebedden die lijken op de graven die we weken eerder ook al zagen. De route blijft stijgen en dalen. Het wordt ook toeristischer. Bij de old bakery in Carr-bridge gebruiken we de lunch. Iets verder gaan we over het hoogste punt van vandaag, 406 meter. Veel dalen doen we echter niet. In Boat of Garten stoppen we bij stationnetje, de stoomtrein is er echter niet. Dit station is een van de vele Britse treinmusea. Het is nu nog maar een uurtje klimmen en dalen voor we op de mooie boscamping aankomen. We zetten ons tentje aan de rivier op. Weer 72km dichter bij huis.
Maandag, 14 augustus.
Vandaag bijna de hele dag regen en dat is jammer want er zijn een paar mooie gebieden waar we doorheen fietsen. Na de campingbaas gedag gezegd te hebben (hij komt vaak naar Nederland voor vakantie) trotseren we de regen. De weggaat weer op en neer door een bosrijk gebied. Na 20km tijd voor koffie. De regenbroek houden we maar aan. Gelijk maar even de boodschappen.
Het volgende stuk is meer weiland. Ook fietsen we parallel aan de A9. Voordat we de pas over gaan lunchen we nog. De komende 30km hebben we een fietspad. Langzaam stigen we naar 462 meter over de Drumochter Summit. Door de vele regen zijn de rivieren spectaculair wild. De afdaling gaat geleidelijk met steeds een beetje klimmen. De Inn waar we eventueel wilden overnachten is dicht op maandag zodat we op de camping van castle Blair in Blair Atholl uitkomen. Nadat de tent staat valt er nauwelijks regen meer. Ondanks de regen 89 kilometers.
Dinsdag, 15 augustus.
We plannen een extra vrije dag in. Op ons gemak ontbijten met een gebakken eitje en zo aan het einde van de ochtend lopen we richting kasteel voor een bezoek. Het kasteel heeft 30 kamers open voor het publiek en laat veel verschillende stijlen zien, zowel bouw als meubelen. In het kasteel hangen twee schilderijen met Willen van Oranje wat de relatie met de Duke of Atholl is niet duidelijk. Bij het kasteel is ook een stuk bos met oude, dikke en hoge bomen. (18e eeuw en soms 60m hoog veel sparren, lariksen en sequoia’s). Door de kasteel tuin lopen we weer naar de tent. In de namiddag gaan we het dorpje nog even in en bekijken de watermolen. ’s Avonds uiteten. Vandaag 0 km gereden.
Woensdag, 16 augustus.
Het is wat bewolkt als we op pad gaan en na 11km nemen we de eerste break. In het gezellige Pitlochry vinden we het tijd voor koffie op een terrasje met een heerlijke fruit loaf. Hierna begint weer het klim en daal werk, maar door een mooie omgeving. De lucht wordt intussen steeds donkerder. Het is maar goed dat we maar 36km afleggen. Bij de camping van Aberfeldy begint het te regenen. Na het opzetten van de tent en het wachten tot het droog is, is het tijd voor de late lunch en de boodschappen. In de pub eten we ’s avonds en kijken maar Celtic tegen Astonia. Vroeg naar bed.
Donderdag, 17 augustus.
Het zonnetje schijnt met alleen in het zuiden wolken, de kant die wij op moeten. Lekker buiten ontbijten en half tien op pad. Na een blik geworpen te hebben op kasteel Menzies is het gedaan met de vlakke weg. Tot Kenmore, met de oudste Inn van Schotland, is het nog even warm draaien, hierna begint het echte klimwerk. 25km langs het meer, soms op gelijke hoogte maar veelal een 100 meter lager. In een leuk uitziend hotelletje in Ardeonaig tijd voor koffie. Het klimmen is nog niet klaar. Killin komt in zicht. De watervallen trekken veel toeristen want het is er aardig druk. Na de boodschappen eten we onze wraps aan de waterval met nog steeds een zonnetje. Na de lunch de laatste klimmetjes over een pas. We komen nu op een oude spoorlijn die we de komende kilometers volgen, ligt dalend wat lekker fietst, jammer dat er steeds een smal rooster in de weg ligt dat de gang er steeds uithaalt. 4km voor de camping moeten we toch even schuilen voor de regen. Een paar uur lang vallen er steeds buitjes. De tent staat opgezet in Strathyre, 65 na Aberfeldy. Ondanks het klimmen een erg mooie route.
Vrijdag, 18 augustus.
Tot aan het opstaan heeft het veel geregend, maar we fietsen met droog weer weg. Inhet begin even op en neer maar later weer over de spoorbaan. In Callander eerst de boodschappen en dan, naast de Christmas Shop, koffie met een saucijzenbroodje. Net op tijd zien we dat we route 7 moeten verlaten. We volgen nu weer een stuk volgens het boekje naar een andere nat. fiets route. Totaam de camping is het nu klimmen geblazen met wat wind van voren. De regenbroek is al eerder uitgedaan. Vroeg in middag komen we op het hollyday park Van alle sompige plekjes hebben we de minst natte. 42km op de teller.
Zaterdag, 19 augustus.
Het is inmiddels droog maar vele donkere wolken. Om 9.00 uur al op de fiets en al snel moeten we 5km omhoog fietsen. Gelukkig ook weer een lange, koude afdaling. Bij de eerste de beste winkel maar de boodschappen gedaan. Nu volgen we weer een oude spoorlijn. Tot we in Kirkintilloch zijn. Hier gaan we het jaagpad opdat ons richting Edinburgh moet brengen. Wel eerst koffie. De camping schrijft op haar website dat ze beschutte plaatsen hebben tegen de westelijke wind. Hebben hebben wij pech dat we tegen de wind in moeten. Na een 12km langs het kanaal gereden te hebben zien we een fietsbord Falkirk Wheel 21mile!! Vanaf de koffie was het maar 20km. Zijn we dus de verkeerde kant opgereden. Nu met de wind in de rug gaat het als een speer. Op een bankje even lunchen en de regenbroek maar weer eens aan. Tegen 15.00 zijn we bij Falkirk Wheel waar een enorme boot brug is die bootjes 24 meter omhoog brengt, nu alleen nog een drukke toeristische attractie. We volgen nu het hoger gelegen kanaal. Eerst door een donkere tunnel langs het kanaal en daarna een smal pad. Langs dit kanaal is het leuker fietsen en inmiddels nreekt de lucht open. Onderweg twee aquaducten waar het kanaal overheen gaat. Net op tijd zien we dat we het kanaal moeten verlaten om bij de camping te komen. Geen afslag, dus bij een trap de fietsen maar naar boven dragen. Na 110km een mooie camping voor twee nachten.
Zondag, 20 augustus.
Nog voor het ontbijt gaat de was in de machine, deze keer zonder problemen. Na het ontbijt de was in de droger. Zo is de ochtend al aardig voorbij als met de fiets nar de P&R gaan en vervolgens een half uur met de tram die ons in hartje Edinburgh afzet. We gaan gelijk het kasteel in. Kasteel Edinburgh, op een heuvel, is een stad op zich met allemaal kleine “musea” die met de geschiedenis te maken hebben. De entree gaat over het marcheer terrein waar de taptoe op wordt gehouden, met aan drie zijden hoge tribunes. Het bezoek is het geld en de tijd meer dan waard. Augustus is de festival maand en overal op straat is internationaal straattheater en heel veel toeristen. Na een paar voorstellingen en wat lopen door de stad is het tijd voor een borrel. Het eten bij de Italiaan valt tegen, opgewarmde lasagne met een tomatensaus uit blik zo smaakt het.
Mat de tram weer naar ons tentje waar we net voor donker aankomen. 17km heen en terug.
Maandag, 21 augustus.
We blijven een dag langer. Net als gisteren met de tram naar de stad. We lopen eerst naar de botanische tuinen. Vooral de 10 kassen zijn mooi, ook de oude hoge glazen gebouwen op zich. Jammer dat de … is uitgebloeid. Met de tuin erbij zijn we al snel een paar uur zoet. Met de bus gaan we maar terug naar het centrum (berg op). Bij het Millennium reuzenrad eten we een patatje. Tussen de festivalgangers en het straattheater door gaan we naar de kathedraal met veel mooi glas in lood. Na nog wat theater (wat gaat dat traag z’n voorstelling) is het al weer etenstijd. De voorstellingen binnen laten we aan ons voorbij gaan, soms nogal zware kost (Mecbeth, ned. dans theater, symfonie orkesten en nog meer van dat werk.
Dinsdag, 22 augustus.
Vannacht is weer eens een tentstok gebroken die we repareren. Na een paar mooie dagen is het vanochtend wat minder, wat vochtig en mistig. Dit trekt echter in de loop van de ochtend weg. We vervolgen onze weg weer langs het kanaal tot in de stad. Aan het eind van het kanaal ligt een “koffieboot” met lekkere koffie en heerlijke koeken. Volgens de routebeschrijving zou nu een lastige 20 km komen, dit is echter zwaar overdreven. De stad zelf doen we nauwelijks aan en via veel groen zijn we zo een eind verder. Bij een superstore (die zijn naam eer aandoet) de boodschappen. Wat niet in de beschrijving staat is dat we met de fiets over een loopbrug moeten en wat verderop door een hekje war de fiets niet door past (ook zonder tassen gaat het net).
We maken een uitstapje naar de Rosalin Chappel. De gaat wel gepaard met een stevige klim. Hierna is het nog maar een klein stukje naar de camping. De tent staat voor de pijlers waarboven een trein rijdt en daar langs een Provincialeweg. 65km totaal vandaag.
Woensdag, 23 augustus.
Vannacht heeft het geregend is het is nog steeds niet helemaal droog. De weg naar Innerleithen gaat over een bergpas. Een rustige klim en een prachtige afdaling door een dal. De heuvels zijn allemaal paars gekleurd door de bloeiende heide. Innerleithen stelt niet veel voor, behalve het koffiehuisje waar we lunchen. Ook ’s Middags weer over een bergkam, nu wat meer door bos en langs een rivier. Melrose is de eindbestemming en niet voor de eerste keer staat er bij de camping dat hij vol is. Bij navraag is er ook nu volop plaats voor tenten. De camping staat zowat in het stadje naast de Co-op. Omdat vanochtend de tent schuurde, plakken we deze eerst. Na het opzetten lopen we nog door de stad, ziet er aardig uit en er lijken aardig wat toeristen te zijn. Vandaag 72 km gefietst.
Donderdag, 24 augustus.
Je kan merken dat het al wat later in het seizoen is, de tent is ’s morgens nat. Ook vandaag gaat hij nat in de tas. We vervolgen onze route langs de tweed en na een paar km borden met informatie over een oude Romeinse vestiging waar nu niets meer van te zien is. Na een stevige klim komen we bij Scott’s viewpunt, een uitzicht punt waar Sir Walter Scott graag kwam. Al dalend komen we in Kelso waar we op de markt op een bankje koffie drinken. Uit de overtrekkende wolken vallen een paar spetters tijdens het boodschappen doen. Voordat we de stad uitrijden kijken we nog even bij de restanten van een abdij. Licht dalend en een beetje wind van achter zorgen ervoor dat we een aantal kilometers flink opschieten. Net voordat we de Tweed verlaten lunchen we nog even aan het water. Tot aan de camping gaat de weg op en neer met af en toe een kuitenbijtertje. De kleine maar mooi gelegen camping heeft maar voor 1 nacht een plekje voor ons. Vandaag weer 72km.
Vrijdag, 25 augustus.
<
We gaan eerst naar Holy Island, slechts 8km fietsen. Om het eiland te bereiken moeten we over een weg die tijdens hoog water onder water staat. Het is net of je op de wadden bent. Bij het plaatsje ben je echter op Marken. Het is er erg druk en de eet- en drink gelegenheden spelen er goed op in. De restanten van de abdij en de nog in gebruik zijnde kerk zijn de belangrijkste bezienswaardigheden. Het kasteel is gesloten wegens restauratie. Verder heeft het eiland natuurgebieden. Weer terug op vaste wal, heeft de camping nog steeds geen plaats en vervolgen we maar onze route. Slechts 15km naar de volgende camping, maar wat een hoop heuveltjes passen daarin. Op een soort bij veldje mogen we nog staan op deze grote camping.
Zaterdag, 26 augustus.
Van de campingbaas horen we dat het maandag banking Day is en de Engelsen dus een lang weekend hebben, vandaar de drukte. Om 9.00uur kwamen 2 brandweerauto’s met loeiende sirenes de camping op. We wijken wat af van de route en gaan langs de kust. Na koffie in Seahouses zijn we om 12.00 uur al in Beadnell waar we de tent opslaan, hier is nog plaats.
In de middag lopen we langs het strand. Voor het avondeten rijden we even terug naar Seahouses waar we lekker eten in een Inn.
Zondag, 27 augustus.
Als we vertrekken raken we in een fietstour verzeild. Tussen bijna 2000 tourfietsers vallen we wel op. Na 10km haken wij af als we richting kust gaan. We doen verschillende dorpjes en kleine stadjes aan, sommige zijn druk andere zeer druk (soort braderie) en in een enkele is niets te doen. Ook vandaag is de etappe niet zo lang en na een goeie 50 km zijn we op de plaats van bestemming. Een campingplaats is er niet, maar het bunkhuisgedeelte heeft nog wel een kamer voor ons. We steken de camping even over (ligt in de duinen) en zitten een paar uur op het strand. Later drinken we op het terras voor de tot bunkhuis omgebouwde schuren nog een biertje. Maar goed dat we boodschappen gedaan hebben, zodat we in de keuken ons potje kunnen koken.
Maandag, 28 augustus.
Voor de verandering weer eens cornflakes bij het ontbijt. We vervolgen onze weg naar Newcastle. Al snel zitten we op het fietspad naast een drukke A-weg. We hebben een beetje wind tegen en voor het gevoel schiet het niet op. Na Blyth hebben we weer de kustlijn en even later is komen we in de toeristen industrie terecht. Tot aan Tynemouth is het een stoet van wandelaars waar we het fiets/wandelpad mee moeten delen. Inmiddels gebben we besloten om te kijken of we de terugvaart kunnen verplaatsen. Na 50 km zijn we weer bij de terminal waar we twee maanden geleden begonnen. Er is niemand aanwezig, maar middels een telefoontje naar de Nederlandse vestiging kunnen we vanavond nog mee terug naar Nederland.)
Dinsdag, 29 augustus.
De boot is op tijd in IJmuiden, maar voordat je er af bent is het al bijna een uur later. Omdat het mooi weer is gaan we gelijk door naar het strand. Eigenlijk vinden we het wel goed zo en hoeven we niet nog een nacht kamperen. Zo gaan we rond een uur of vijf naar station Uitgeest. Zonder overstappen zijn we half negen in Maarsbergen war we, toevallig, door de buren worden opgewacht. Na 3200km fietsen zijn we weer thuis.